Gotisch Huis Kampen
Ooit gered van de sloop, nu een indrukwekkend monument met elementen uit allerlei tijdsvakken. Zo werd het Gotisch Huis in Kampen rond 1500 gebouwd door een rijke koopman. Driekwart eeuw later, in 1675, werd het gebruikt als grutterij en werd er een rosmolen bijgebouwd met stallen voor de paarden. Weer eeuwen later, begin twintigste eeuw, werd het pand gerestaureerd naar ontwerp van Pierre Cuypers. Daarvan zie je nu nog de hardstenen voorgevel met zijn rijke details.
Plaats
Kampen
Bouwjaar
Omstreeks 1500
Bouwstijl
Late gotiek
Oorspronkelijke functie
Koopmanswoning
Restauratie architect
Pierre Cuypers
Bijzonderheden
Voorgevel en rosmolen
In handen van Monumentenbezit
Sinds 2016
Rolstoeltoegankelijk
Na restauratie
Bezoekersinformatie
In verband met de veiligheid en de restauratie is het Gotisch Huis momenteel niet opengesteld voor bezoekers.
Adres:
Oudestraat 158, 8261 CZ Kampen
Het Gotisch Huis dateert uit omstreeks 1500. Het is gebouwd door en voor een welvarende koopman. Tot in het derde kwart van de zeventiende eeuw behield het de functie van koopmanswoning. Rond 1675 werd de woning tot grutterij herbestemd. Voor deze werkzaamheden – het vermalen van grutten of boekweit tot meel – werd er een rosmolen in het pand gebouwd. Achter de rosmolen verschenen stallen waar de paarden verbleven als ze niet in de molen liepen. Tot 1904 behield het Gotisch Huis de functie van grutterij.
Van 1921 tot 1984 werd het monument verhuurd aan de Vereniging Openbare Leeszaal en Bibliotheek te Kampen. Daarna huurde de gemeente Kampen het gebouw en vestigde het ‘Stedelijk Museum’ zich hier. Sinds 2009 staat het pand onder slechte omstandigheden leeg. Monumentenbezit werkt aan een plan om het gebouw weer in goede staat te krijgen.
De verschillende functies betekende dat het huis ook verschillende indelingen heeft gehad. Het huidige complex van het Gotisch Huis bestaat uit drie bouwdelen. Namelijk het winkelgedeelte (het voorhuis), de rosmolen en het woonhuis (achterhuis). In opzet is het huis een langgerekte ruimte, die door een open plaats in het midden verdeeld is in een voor- en achterhuis. Het voorhuis bestond uit een voor- en achterkamer. Ten tijde van de grutterij was in de voorkamer de winkel gevestigd en behoorde de achterkamer tot het privé-woonhuis. De achterkamer was oorspronkelijk verdeeld in een gang met aan de linkerkant een grote kamer. De gang is tot 1984 aanwezig geweest. Toen het gebouw de functie van museum kreeg, werd de muur van de gang verwijderd om zo een grote tentoonstellingsruimte te krijgen.
In 1904 werd het Gotisch Huis voor veilig ingebracht, met als doel verkoop voor sloop. Het gebouw kwam onder de aandacht van A.J. Reijers, de hoofdopzichter van de dienst gemeentewerken van Kampen. Reijers onderkende de architectonische kwaliteiten van het gebouw en startte vervolgens een campagne om het pand van sloop te behoeden. Het voornemen kwam ook ten gehore van Victor de Stuers en Pierre Cuypers. De Minister van Binnenlandse Zaken gaf vervolgens het bericht aan het College van Burgemeester en Wethouders van Kampen, dat ging om ‘een hoogst merkwaardig gebouw’ en ‘dat het te bejammeren zou zijn, indien het bij den aangekondigden verkoop in sloopershanden viel!’. Zijn oordeel baseerde hij op de adviezen van De Stuers en Cuypers.
Het Rijk kon het Gotisch Huis in Kampen niet zelf aankopen, omdat er geen bestemming voor het pand was. Daarom verzocht de minister het stadsbestuur om het pand te kopen om er bijvoorbeeld een museum in te vestigen. De burgemeester en wethouders gingen op het verzoek in en kochten daaropvolgend het perceel aan. Een grootschalige restauratie was toen hard nodig. Deze werd in 1907 gestart, naar de plannen van Cuypers en de Reijers.
Gelukkig werd dit bijzondere gebouw van de sloop gered en is een belangrijk stuk geschiedenis bewaard gebleven. Ook al zijn er door de eeuwen heen veel veranderingen gedaan aan het pand, toch zijn er heel wat onderdelen nog origineel. De zijgevels en de balklaag dateren bijvoorbeeld uit de bouwtijd. De voorgevel is ook grotendeels origineel, met zeer bijzondere details. Zo zie je, onder de waterslagen, druivenranken staan met daartussen allerlei dieren. De rozetten op de gevel zijn voorzien van de letters ‘JOH’, dat mogelijk duidt op Johannes de doper. En de letters ‘MAR’ zie je in de rozetten staan, die in combinatie met de roos, duiden op Maria.
Nadat het gebouw gered was van de sloop startte de restauratie. Tijdens de eerste restauratiefase van Pierre Cuypers in 1908 is de onderpui en de trapgevel gereconstrueerd. In het entreeportaal beeldde hij het jaartal van de restauratie, de Nederlandse staat en de stad Kampen af. In datzelfde jaar werd de tegelvloer in het voorhuis gereconstrueerd en werden het dak en een deel van de muren hersteld. Eind 1908 moest de restauratie wegens geldgebrek gestaakt worden…
In 1909 werden de werkzaamheden voortgezet, op advies van de Rijkscommissie voor de Monumentenzorg. Zij besloten de werkzaamheden voor de gruttenmaalderij en de stallen op zich te nemen. De gemeenteraad was echter van mening dat deze gebouwen weinig historische waarde hadden. Daarom, en door de hoge onderhoudskosten, gaf de raad in september 1911 zijn goedkeuring voor sloop van de opstallen. Door een Koninklijk Besluit werd dat tegengehouden. Na een jarenlange bemiddeling, besloot de gemeente in 1914 het pand te verkopen aan het Rijk. Helaas waren de stallen inmiddels zo vervallen dat ze uiteindelijk toch gesloopt moesten worden.
Een jaar later, vanaf 1915, werden de resterende werkzaamheden hervat. De achtergevel werd in de jaren ‘60 geheel nieuw opgetrokken. Dat geeft een mooi beeld van de naoorlogse restauratievisie. In de jaren ’80 zijn de huidige deuren in het entreeportaal aangebracht.
Inmiddels zijn we weer bij een nieuwe restauratiefase aangekomen. Monumentenbezit werkt momenteel aan een restauratieplan voor het Gotisch Huis Kampen.